Het is zondagavond 18:30. Ik zit op de bank. Buiten wordt het al donker en het liefst ga ik naar bed. Daar is het nog veel te vroeg voor, dus ik zet maar een serie op. En toch verdrijven de stemmen niet die oorverdovende stilte. De stilte die overheerst hier in huis. De stilte die geregeld terug komt. Inmiddels al ruim twee en een half jaar. Ik heb zojuist mijn zoon naar z’n vader gebracht en wennen doet dat nooit echt helemaal.
Het ging niet meer tussen de man en mij. En dan ga je uit elkaar. Scheiden. Afspraken maken over onze zoon, de spullen, het huis. Het deed pijn. Maar inmiddels heb ik ook geleerd dat het goed is zo. En dat ik dat misschien toch al veel langer weet dan ik dacht…
Ik sta op van de bank en zie wat speelgoed liggen. Er verschijnt een kleine glimlach rond mijn mond. ‘Opruimen? ho maar’ zeg ik hardop. Hoe weet ik niet, maar mijn zoon slaagt er regelmatig in om een klein slagveld achter te laten als hij hier is. Ik ruim het speelgoed op en ook de andere spullen die zijn blijven liggen. Het geeft een gevoel van controle om op te ruimen. Controle over dat knagende gevoel in mijn buik en de tranen die ik steeds terug moet dringen.
We spraken af voor co-ouderschap te gaan. 50% bij mij, 50% daar. In het begin voelde dat alsof er een arm en een been miste als hij er niet was. Het voelde zó oneerlijk. Het klopte niet. Niet meer elke dag samen. En waar ik nog het allermeest moeite mee had was het niet altijd samen wakker worden op zijn verjaardag. Ik heb m toch op de wereld gezet? Maar hoe onmogelijk het ook voelde toen, ook dit krijgt een plek. Het zal altijd ‘niet leuk’ blijven en het gemis met vlagen héél intens, maar het komt op het niveau van ‘te doen’. Tegelijkertijd ben ik voor mijn zoon heel blij dat hij naar zijn vader kan. Kinderen hebben (wanneer dat kan) beide ouders nodig. Mijn gemis staat hier volledig los van. Want dat gevoel is van mij. Niet van mijn zoon. Ik zorg voor hem, hij niet voor mij. Zo werkt dat, systematisch zit dat zo in elkaar. Dat is hoe het hoort.
Ik sta in de keuken en hoor geen geluid meer uit de woonkamer komen. Netflix vraagt vast of ik door wil gaan met kijken. Het is mooi geweest voor vandaag , denk ik. Ik neem een douche en spoel de dag van me af. Eenmaal in bed lees ik nog wat en als mijn ogen bijna dichtvallen begin ik in mijn hoofd weer met aftellen. Het is zo weer woensdag…






















































