
Één van de grote mijlpalen in het leven en de ontwikkeling van het jonge kind is het zindelijk worden.
Daarmee is het ook meteen één van de punten waar ouders het meest onzeker over worden en de meeste vragen over hebben. Want wanneer begin je daar nou mee? Wanneer moet een kind zindelijk zijn? En hoe pak je dat dan aan?
‘Kinderen zijn uniek’
Op social media komen er talloze berichten voorbij over zindelijkheid. Zowel in artikelen van verschillende websites als bij social media pagina’s van trotse ouders die graag willen delen dat hun kind ‘al’ zindelijk is. Daar is natuurlijk niks mis mee, daar mag je ook trots op zijn! Het is een enorme mijlpaal. Maar het kan ook heel onzeker maken.

En ook dat is heel begrijpelijk. Kinderen zijn allemaal uniek en verschillend en bij het zindelijk worden is dat iets wat ook heel duidelijk naar voren komt. Want dat doet ieder kind op zijn of haar eigen manier en in hun eigen tempo.
Wat het belangrijkste is om hierin aan te houden is dat het pas zin heeft om aandacht te besteden aan het zindelijk worden, wanneer een kind daar aan toe is. Je kunt best soms aanbieden aan het kind om even op het potje te gaan of de wc. Maar wanneer je merkt dat er geen interesse is kun je het ook weer laten gaan. Ga vooral niet pushen, dat werkt vaak zelfs averechts.
Andersom werkt het ook zo. Wanneer je merkt dat je kind interesse heeft in het potje/ de wc. Ga hier dan vooral in mee! Hoe jong ook. En ook al blijft het bij alleen er op zitten, de interesse is gewekt. Dat is de eerste stap!
Op onze opvang proberen we kinderen te stimuleren om mee te gaan. Maar nee is nee. Dan is het kind er nog niet aan toe. Het helpt wel vaak mee dat andere kinderen ook mee gaan in de wc-ronde. Dit stimuleert kinderen vaak toch wat sneller om ook mee te gaan en eens te gaan kijken waar het nou allemaal om gaat. Maar nogmaals: allemaal in eigen tempo. Wij hanteren bijvoorbeeld ook geen beloningssysteem zoals stickers. Wij zijn van mening dat een beloning niet de reden moet zijn voor kinderen om bepaald gedrag te laten zien, maar dat dit vanuit hun zelf komt. Omdat ze het willen. Dit sluit mooi aan bij het volgen van hun tempo.
‘Op de basisschool wordt er van kinderen verwacht dat ze zindelijk zijn’

Wanneer kinderen naar de basisschool gaan wordt van hen verwacht dat ze zindelijk zijn. Ook dit kan bij ouders voor de nodige stress zorgen. Een voorbeeld: Mijn zoontje was drie en een half (ruim) en was nog niet zindelijk. Hij had er ook totaal geen interesse in en deed nog niets met het potje. Ik maakte me daar nog niet zo druk om maar papa vond het toch wat lastiger. Hij ging ‘al bijna’ naar de basisschool en daar moest hij zindelijk zijn. Maar waar papa niet direct bij stil stond, was dat een half jaar voor een jong kind in ontwikkeling zoveel ‘ langer duurt’ dan een volwassenen. In dat half jaar gebeurd zoveel meer dan bij volwassenen. Veel ouders staan hier niet bij stil. En dat is ook wel logisch, want voor ons vliegt zo’n half jaar voorbij!
Mijn zoontje was uiteindelijk zindelijk, voordat hij startte op de basisschool. Op een gegeven moment was hij er klaar voor. Hij zei: ik heb mijn luier niet meer nodig. En daarna is het ook meteen goed gegaan. Hij heeft geloof ik twee keer een ongelukje gehad. Voor de rest was hij droog, ook s’nachts. Hij was er klaar voor, op zijn eigen tempo en manier.
Nou hoeft dat niet zo bij ieder kind te gaan dat je in zijn eigen tempo zindelijk laat worden, maar vaak duurt het proces wel langer wanneer er te vroeg mee begonnen wordt. Er zijn ook vaker ongelukjes, wat het zelfvertrouwen van de kinderen ook niet altijd goed doet.
‘De opvang is anders dan thuis’
Dan is er nog een ander aspect wat ik wil benoemen. Het komt geregeld voor dat kinderen thuis zindelijk zijn en dat dat helemaal goed gaat. Maar op een dag op de opvang een (of een aantal keer) ongelukje heeft. Dit is heel normaal. De opvang is zo anders dan thuis. Op verschillende manieren. Thuis is bekend. En de weg naar de wc dus ook. Uiteraard laten wij de kinderen zien waar ze naar de wc kunnen, maar dat zit niet zo in hun systeem als thuis. Dus dan kan het wel eens te laat zijn wanneer ze voelen dat ze naar het toilet moeten. Of er is te veel afleiding waardoor het kind te laat opmerkt dat het moet plassen of misschien wel helemaal geen zin heeft om naar de wc te gaan. Misschien voelt het kind zich nog niet veilig genoeg om ook op de opvang naar het toilet te gaan. Er zijn dus veel redenen waarom een kind thuis prima zindelijk kan zijn maar bij de opvang nog niet. In de meeste gevallen is dit niets om je zorgen over te maken. Zindelijk zijn op de momenten dat kinderen niet thuis zijn is weer een volgende stap in het proces.
Er komt dus best wat bij kijken, bij zindelijk worden. Maar het allerbelangrijkste vinden wij dat het kind hierin gevolgd wordt, in zijn/ haar tempo. Dan is de grootste stap al genomen!